Joost Baars
Bij de eerste verjaardag van de dood van mijn moeder

Onderstaand gedicht is (mij kennende) niet af. Het is wel vandaag geschreven, bij de eerste verjaardag van de dood van mijn moeder. Ik wil het daarom toch vandaag, hier, voor deze gelegenheid, publiceren.
het is vandaag is het een jaar
geleden ma maar waar
het over gaat bij dit soort taal
die tijd een maat toekent
ontgaat mij nu want nog nimmer
was jouw doodheid heden-
daagser dan vandaag. wat barthes
beschrijft is waar,
dat met jouw wijken mij
alleen mijn eigen wrede initiatie
in de wereld overblijft en dat de pijn
daarvan in jouw afwezigheid
zijn eigen tijd beslaat, zijn eigen duur
en daarin alle taal ontwijkt.
wat heeft het dus voor zin
dat ik dit schrijf? wat is dit
anders dan mijn wrede initiatie
van voorbijs in dit jouloos vandaag,
herinneringen aan het ware
praten dat we deden, tot het laat
was, er misschien nog steeds
geen oplossing op tafel lag,
maar elke scherpe rand
van woede, onmacht en verdriet
was afgeveild naar taal die
ronder was en zachte stof
en maakte
dat je dan tenminste kon bestaan.
ach ma je hebt mij niet alleen
die ene keer gebaard, maar
elk moment, precies
zo durend als de pijn bij barthes,
in vlees buiten de taal
waarin juist daardoor vanuit pijn
weer taal ontstaat. ik ben sinds jij
er niet meer bent zo’n wond, mama,
spreek zoals mij dat nu eenmaal
bekt, of ik nou wil of niet,
vanuit een stom verlangen jou
zoals mijn pijn jou in zich draagt
opnieuw in dit in dit
vandaag te zien bestaan.